Elf praeludiums WTK1

Het WTK1 en de Inventionen en Sinfonien heeft Bach samengesteld in 1722-1723. Het Klavierbuchlein fur Wilhelm Friedemann Bach wordt gedateerd in 1720.  Het WTK1 heeft Bach later samengesteld. Van de eerste 12 praeludiums is voor 11 praeludiums een vroegere versie te vinden in het Buchlein. Dit betreft Praeludiums 1 t/m 6, 8 t/m 12. Van praeludium 7 is geen vroege versie bekend. In het Klavierbuchlein zijn ook alle stukken van de Inventionen en Sinfonien te vinden, in een andere volgorde en met de benaming Praembulum en Fantasia.

Verschillende onderzoekers hebben de andere stukken ook geanalyseerd op de ontstaansperiode. Te beginnen heeft Forkel heeft in zijn biografie een aantal fuga’s aangegeven waarvan hij op basis van de mate van ‘immaturity’ stelt dat dit vroege werken zijn.  Forkel: fuga 1,11,12,15,16,20.

Spitta ziet dit heel anders, met fuga 20 is Spitta het wel eens om dit te kenmerken als vroeg werk.

De aanpassingen kunnen op verschillende manieren bekeken worden, het type aanpassing kan structureel passend in het stuk zijn of een aanpassing die een afwijkende structuur heeft. Daarnaast kan de grote van de aanpassing sterk verschillen tussen enkele noten en een aanzienlijke vergroting van het stuk. Over de achterliggende reden kan natuurlijk nooit met 100% zekerheid iets gezegd worden. Wel kan uit het type verandering logischerwijs iets over de reden gezegd worden waarbij drie redenen voor de hand liggen: verlenging van het stuk, muzikale verbetering, verandering of aanvulling in meer of minder gestructureerde stijl. Deze redenen kunnen natuurlijk ook hand in hand gaan.

Van de 11 preludes die in het WTK1 staan en ook in het klavierbuchlein zijn er twee ongewijzigd gebleven (4 en 9). Een aantal stukken is duidelijk aangepast om de lengte van het stuk te vergroten. Onder deze categorie kunnen de volgende praeludiums geplaatst worden: Praeludium 1, 2, 5, 6, 8, 10, 11 en 12. Praeludium 3 is aangevuld met muzikale versieringen. Hieronder worden de praeludiums per stuk besproken.

Alom bekend en duidelijk is dat van de eerste 12 praeludiums er 11 al in het Buchlein  zijn opgenomen. Deze stukken zijn op verschillende manieren aangepast.

Veel aanpassingen lijken als doel de verlenging van de stukken te hebben. Sommige stukken zijn bijna twee keer zo lang geworden, andere hebben enkele maten erbij gekregen. De grotere aanvullingen hebben vaak een orgelpunt of hebben een duidelijke structuur, die niet altijd een voortzetting is van het eerdere gedeelte. Bij alle grotere aanpassingen is duidelijk te zien dat er een aanvulling is.

Kijkend naar de structuur zou  ik Praeludium 21 in aanmerking laten komen voor een samenstelling uit een klein vroeg werk en een aanvulling. Daarnaast Praeludium 15 en 20.

Als er gekeken wordt naar de consistentie van de fuga’s zou fuga 1, 24, 2, als hoog consistent kunnen worden gekenmerkt.

next